Stijn Engelen
De Studententrein
De Intercity van 17.00 uur, hét moment waarop alle Weekend OV’ers hun slag slaan. Jammer genoeg is deze overvolle trein een noodzakelijk kwaad dat ik moet trotseren (Mijn vriendin en ik hebben sushi besteld in Eindhoven). Zodra ik de coupé binnenstap zie ik het bekende plaatje al. Apple Airpods in, laptop op schoot en op zoek naar de juiste Netflix serie. En het ergste nog: ze leggen hun tas op de stoel naast zich. Alsof ze gerechtigd zijn om twee zitplaatsen in te nemen in een overvolle trein. Ik neem plaats op een vrije stoel, leg mijn tas op de grond(!) en begin weg te dutten. Eenmaal op Station Sittard gaat er een oudere vrouw naast mij zitten. We begroeten elkaar en ik zet mijn reis in dromenland voort.
Normaal gesproken slaap ik niet in de trein. Mijn hoofd slingert als een ongeleid projectiel alle kanten op, en het risico om wakker te schrikken met een klodder kwijl op de wang is te groot. Maar nu ben ik moe, té moe om weerstand te bieden tegen mijn dichtvallende oogleden. Helaas gebeurt datgene waarvoor ik vreesde. Mijn hoofd schommelt lichtjes over het evenwichtspunt, en slingert richting de schouder van mijn buurvrouw. Mijn ogen schrikken wakker zodra mijn neus op haar sleutelbeen belandt. Met volle schaamte kijk ik haar aan, waarop zij me moederlijk toespreekt: ‘’Zware week gehad jongen?’’ Ik vertel haar dat ik de hele week vroege diensten heb moeten draaien in het ziekenhuis, en uit fatsoen vraag ik wat zij doet. Daniëlle (54 jaar oud) werkt als verpleegster in ziekenhuis Zuyderland, en is nu op weg naar een date in Eindhoven. Te midden van de kilheid van deze afgepeigerde studenten kletsen Daniëlle en ik over het ziekenhuiswerk en tip ik haar nog een leuk plekje in Eindhoven voor haar date: ‘’Down Town, echt een chille plek man!’’
In Eindhoven scheiden onze wegen. Ik wens Daniëlle veel plezier met haar date. Mij wenst ze alvast welterusten toe. Zou dit ooit de standaard zijn geweest? Treinreizigers die gezellig met elkaar kletsen, toen er nog geen telefoons en laptops bestonden? En zouden wij ooit nog die gezellige ‘treinvibe’ terugkrijgen? Ik ben bang van niet. Het is te makkelijk en aanlokkelijk om in de digitale wereld van Netflix en Spotify te duiken. Daar betrap ik mezelf ook op. Dan maar hopen, dat ik in de toekomst nog vaker op iemands schouder wakker mag schrikken.